alles is relatief

in de week dat ik negen keer
drijfklets ben geregend
zeven keer wegwaaide
door vijandige tegenwind
en vijf kilometer moest lopen
met mijn gazelle aan de hand
vanwege drie lastige lekjes in mijn achterste band
zijn wij uitgeroepen
tot fietsstad van twintig twintig
 
hoe vaak ben ik verfoeid
als ik aan de verkeerde kant van de weg zoefde
soms zelfs over de stoep
mijn fiets parkeerde
waar dat gemakkelijk maar duidelijk verboden was
of snel nog even overstak als het eigenlijk niet meer kon
 
nu zing ik vol trots uit volle borst een ode op het zangfietspad
voor al die noeste pedaalridders
die kromgebogen tegen de wind
zichzelf een weg banen
in de Veense stadsjungle
ruim baan voor fietsend Veenendaal
alle stoplichten op groen voor de tweewieler
vooral als het regent

Stadsdichter Derk Postma schreef dit gedicht ter ere van het feit dat Veenendaal door de Fietsersbond is uitgeroepen tot Fietsstad van Nederland.